Een mooie grote tafel om samen te lunchen, frisse en ruime werkruimtes, een tafelvoetbalspel en sinds eind november ook alweer een kerstboom. Het kantoorpersoneel van Kemper Beton is er met de verhuizing zeker niet op achteruit gegaan, al zijn er bij sommigen wel gemengde gevoelens.
‘‘We hebben nu een mooie plek, iets ruimer dan voor de verhuizing”, zegt Dimitri Verhoeven. ‘‘Toch was het bijzonder toen we weg gingen op de plek waar we lang hebben gezeten. Verhuizen betekent in dit geval ook afscheid nemen van het regelmatige contact met mensen van bijvoorbeeld de expeditie. En dat is toch wel jammer.”
De klanten van Kemper Beton in Tilburg zullen er niet zo heel veel van merken, maar met ingang van januari 2025 hevelt het bedrijf de productie over naar Dodewaard. ‘‘We blijven gewoon een Tilburgs bedrijf”, zegt Maickel van Noije. ‘‘We zitten op 750 meter van de oude plek en dicht bij veel klanten. En dat is fijn.”
Het verplaatsen van de productie en dus ook de expeditie is het gevolg van de verkoop van de oude locatie. Kemper start zijn productie in het nieuwe jaar in Dodewaard op, waar ook zusterbedrijf Romein Beton gevestigd is. Daar kan Kemper straks nog meer verschillende producten maken, dus dat is een pluspunt.
Commercieel medewerker Brenda van Roij had het wel even moeilijk toen duidelijk werd dat de productieafdeling ging verhuizen. ‘‘Alsof je werd aangereden door een bus, ik heb wel een traantje gelaten”, zegt ze. Een deel van de mensen vanuit de productie gaat mee naar Dodewaard, anderen hebben de keuze gemaakt naar een nieuwe werkgever te zoeken. Ze vindt het wel prettig dat het kantoorpersoneel niet ver hoefde te verhuizen. ‘‘En het is een prachtige plek waar we nu zitten”, zegt ze.
Rob Reijnders moest ook wel even wennen. ‘‘Als je meer dan twintig jaar op een plek zit en je verkast, dan moet je wel even omschakelen. Op die andere plek voelde je je echt onderdeel van een productiebedrijf. Je loopt nu niet even naar de expeditie, maar je pakt de telefoon. Anders, maar het werkt natuurlijk ook.”
Hij prijst de houding van de mensen van de productie. ‘‘Je zou misschien verwachten dat ze minder gemotiveerd zouden zijn na de mededeling over het verhuizen van de productie naar Dodewaard, maar ze zijn er echt voor gegaan. We zijn na de zomer gigantisch opgeschaald en je merkt dat ze niet bij de pakken neer zijn gaan zitten. Ik denk dat die mentaliteit voorkomt uit een soort Kemper-dna.”
